Excursie in het natuurgebied “Hagenbeek” bij Barchem

Excursie Hagenbeek, zondag 12 juni 2022

Op deze zonnige morgen in juni zijn we gearriveerd op landgoed Hagenbeek. Op de kleine parkeerplaats aan de Flierdijk staat een infobord. De Hagenbeek is een vrij nieuw natuurgebied, gelijkend op het oude cultuurlandschap zoals dat in de Achterhoek gewoon was. Op de natte hooilanden stonden vele soorten planten. Staatbosbeheer doet erg zijn best om iets van die historie terug te brengen. Het landgoed Hagenbeek maakt deel uit van een groot natuurgebied, zo`n 42 hectare. Het ligt aan beide zijden van de Flierdijk bij Barchem. Samen met landgoederen Beekvliet, de Wildenborch en het Grote Veld vormt het een ecologische verbindingszone. In 1992 en 2008 zijn deze voormalige landbouwgronden afgegraven. De sterk bemeste bovenlaag is afgevoerd. Door de schrale grond krijgen meer planten de kans te overleven. Het grondwater komt zo beter in het bereik van hun wortels. Dit grondwater is van bijzondere kwaliteit. Regenwater dat soms kilometers verder neerkomt, sijpelt door de grond en komt hier weer als kwelwater aan de oppervlakte. Dit water kan jarenlang onderweg zijn en neemt kalk en andere mineralen op. Sommige planten kunnen alleen overleven als er voldoende water is van die speciale kwaliteit. Door de hooilanden te maaien en af te voeren verschraal je de bodem en dat komt de planten ten goede. Er zijn poelen aangelegd en houtwallen, zo zie je het oude cultuurlandschap van weleer.

De gele route volgend zien we vele soorten planten staan, een weelderig bloemenveld. Er is een pad gemaaid door het veld, hierdoor krijgen we de kans bijzondere planten van dichtbij te bekijken. Het moerasvergeetmijnietje heeft verdikte bladeren en onderscheidt zich zo van haar familieleden. De grote ratelaar heeft een paars puntje aan de bovenkant van de bloemkelk. Dit wist ik nog niet, maar dat is het grote voordeel om met een groep op stap te gaan. Iedereen weet wel wat te vertellen en inderdaad staat er in het boek dat de bovenlip van de kelk 2 stompe korte paarse tanden vertoont. Wist je trouwens dat de boterbloem ook verschillende soorten heeft, de scherpe boterbloem daarbij heeft het blad geen steeltje, terwijl dit bij de kruipende boterbloem wel het geval is. De egelboterbloem heeft daarentegen een lancetvormig blad, deze staat hier ook te bloeien. Maar het gebied valt echt op door de grote paarse orchideeën, deze steken er met kop en schouders bovenuit. De gevlekte en de rietorchis lazen we op het bord. Dit zijn zeker planten die het schone kalkhoudende grondwater nodig hebben, zoals ook de parnassia. Helaas bloeit die nu niet. We zijn hier al eens eerder geweest en toen stond die er volop. Je weet niet wat je ziet en dan te bedenken dat het een relatief jong natuurgebied is. Naar achteren lopend komen we bij ruiger struweel, een plek waar de boomkikker zich zou kunnen ophouden. Helaas horen en zien we het niet. Verderop staan de vleeskleurige orchis en de moeraswespenorchis langs het pad. Vele soorten komen we tegen, te veel om allemaal te benoemen. Bij enkele doe ik het toch, bijvoorbeeld de ogentroost. Een bijzondere naam voor een klein onooglijk plantje. Tot je het iets beter bekijkt. De bloem ziet eruit als een stralend oog, zodat hij wel geneeskrachtig moest zijn bij oogproblemen, dacht men vroeger. Vandaar de naam ogentroost. Samen met Fennie Holter hebben we jaren geleden bermen geïnventariseerd. Een goede leerschool om plantenkennis op te doen. We kwamen de ogentroost tegen aan de Noorderhoekdijk in de tussenberm. Een opvallend plantje is ook het duizendguldenkruid, Centaurium erythaea. De plant bezit zoveel goede eigenschappen dat hij wel honderd goudstukken waard was of duizend gulden. Het plantje smaakt bitter, misschien daarom de medicinale werking. Een paar jaar geleden trof ik het plantje aan in de berm bij ons langs de zandweg. Door de droogte waren er wat kale plekken ontstaan, misschien had het zaad daardoor kans te ontkiemen. Een bescheiden bloempje dat me opviel, omdat ik het daar nog niet eerder had gezien. Het bleek het duizendguldenkruid te heten. Een bijzondere naam vond ik. Het is helaas nu weer weg. Het blijkt dat het zichzelf steeds weer opnieuw moet uitzaaien. Zo stond het twee jaar geleden volop te bloeien aan de Handijksmedenweg. We vervolgen onze weg en komen uit op de zandweg die het gebied door kruist. We lopen richting de auto waar ook een picknickbank staat. Een prima plek voor de koffie van Toon.

Jozefien Scholten.